Handreiking DBA
01-05-2016
De Belastingdienst heeft de Handreiking beoordelingskader overeenkomsten arbeidsrelaties (Handreiking DBA) gepubliceerd
De Handreiking DBA bevat het beoordelingskader dat de Belastingdienst gebruikt bij de beantwoording van de vraag of een voorgelegde overeenkomst gevolgen heeft voor de loonheffingen. De staatssecretaris van Financiën heeft de publicatie van dit beoordelingskader toegezegd tijdens de parlementaire behandeling van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (wet DBA).
De Wet DBA brengt geen wijziging in de beoordeling of een arbeidsrelatie voor de loonheffingen een ‘echte’ dienstbetrekking of een zogenoemde fictieve dienstbetrekking is of dat de bijzondere regeling voor bepaalde artiesten en beroepssporters (de ‘gageregeling’) van toepassing is. Vermoedelijk is het met ingang van 1 mei 2016 mogelijk om de thuiswerkers-, gelijkgestelden- en artiestenregeling contractueel uit te sluiten.
Een ‘echte’ dienstbetrekking berust op een arbeidsovereenkomst. De Handreiking DBA bevat vier ‘stappen’ van beoordeling. Het gaat hierbij om de hoofdlijnen van wet en jurisprudentie. De Belastingdienst volgt deze stappen bij de beantwoording van de vraag of sprake is van een arbeidsovereenkomst.
Het betreft de volgende vier stappen:
Stap A Beoordelen gezagsverhouding
Stap B Beoordelen persoonlijke verplichting tot het verrichten van arbeid
Stap C Beoordelen verplichting om loon te betalen
Stap D Fictieve dienstbetrekkingen en de gageregeling
In de bijlagen vindt u:
Bijlage 1 – schema gezagsverhouding
Bijlage 2 – schema persoonlijke arbeid
Bijlage 3 – hoofdlijnen fictieve dienstbetrekkingen
Het werken met modelovereenkomsten is niet verplicht. Als opdrachtgever en opdrachtnemer dit willen kunnen zij in vooroverleg een standpunt van de Belastingdienst te vragen.